Toen op woensdagmiddag 21 maart de bommen vielen, werd vooral de Boliestraat zwaar getroffen. Een van de panden betrof de woning en de bakkerij van de familie Scheerder. In een fractie veranderde het leven van Wim Scheerder.
"Mijn moeder Dora en ik waren thuis, we zaten in de woonkamer. Nee, we hadden geen bescherming gezocht, omdat er geen luchtalarm was. We hoorden geen sirenes, geen enkele waarschuwing."
Een bom legt het pand in puin. Wim heeft geluk, maar als de stofwolken zijn opgetrokken kan hij zijn moeder nergens vinden. Ze blijkt te zijn geraakt door een balk die haar nek breekt.
"Ik heb mijn moeder niet meer gezien. Ik was in shock, weet ik nog. Mijn vader Anton en een broer van mij zaten op dat moment bij de kapper, bij ons om de hoek. Bij het bombardement kwam de kapper ook om, maar mijn vader en broer overleefden het."