De geroofde joodse panden in Doetinchem
Lees of download rapport onderzoek transacties joods vastgoed, 22 april 2021
In augustus 1941 riepen de Duitsers de Niederländische Grundstückverwaltung (NGV) in het leven. De in Den Haag gevestigde organisatie had tot doel het beheer van joods grondbezit over te nemen. Joden waren verplicht om daar hun woningen en ander vastgoed aan te melden. De Grundstückverwaltung beheerde het bezit zelf of deed dat door middel van makelaarskantoren. Daaronder bevond zich het ANBO, het Algemeen Beheer van Onroerende Goederen.
De joodse gemeenschap Doetinchem (Doetinchem inclusief de gemeenten Zelhem, Hummelo & Keppel en Wehl) telde 180 leden.
Na 10 april 1943 woonden er geen Joden meer in Doetinchem. Ze hadden zich gedwongen gemeld, waren opgepakt of zaten ondergedoken. Hun woningen en winkels stonden leeg. De inboedel werd opgeslagen in de leegstaande katholieke kerk.
De meeste Doetinchemse Joden werden gedeporteerd naar Auschwitz en Sobibor. Daar stierven ze binnen een paar dagen na aankomst in de gaskamers. Na de bevrijding keerden 125 uiteindelijk niet meer terug.
Tussen feburari 1942 en september 1944 waren in Doetinchem 54 transacties van joods vastgoed. Totaal betrof het 2 synagogen, 2 grondstukken en 88 panden: grote en middelgrote winkelpanden, villa’s en rijtjeswoningen. Ze werden gekocht voor gemiddeld 22 procent van de daadwerkelijke waarde. Een groot gedeelte via of door NBS'ers.
Het totale bedrag dat voor de panden werd betaald, bedroeg ruim 300.00 gulden. Omgerekend is dat nu bijna 2 miljoen euro. En dat terwijl de panden vijf keer meer waard waren; omgerekend, 10 miljoen euro. De 88 panden vertegenwoordigen nu een waarde van vele tientallen miljoenen.
Na de oorlog werd het Nederlandse Beheersinstituut (NBI), onderdeel van de Raad voor het Rechtsherstel, belast met het opsporen, beheren en eventueel liquideren van landverraderlijke vermogens, vijandelijke vermogens en de vermogens van tijdens de oorlog verdwenen personen.
Toelichting op de transactielijst
- Een transactie betreft in diverse gevallen meerdere panden. Soms wel 3 of 5. En sommige panden bestonden uit meerder woningen/adressen. Er waren 54 transacties in de huidige gemeente Doetinchem en die betroffen 2 synagogen, 88 woningen cq winkels en twee grondstukken.
- Het getal achter het adres is het volgnummer van het overzicht Verkaufsbücher van het Nationaal Archief. Het betreft totaal 7109 volgnummers van 7108 transacties. (volgnummer 1 vervalt)
- In de laatste kolom van de transactielijst staat het bedrag dat is betaald, omgerekend naar een huidig bedrag (2018) in euro's.
- ^ pand dat gelijktijdig met het bovenstaande pand op de lijst is aangekocht door middel van 1 transactie.
- Ug betekent Uitgezette Gelden, dwz een belegging.
- * De op last van de Duitsers omgedoopte Thorbeckestraat is de Wilhelminastraat.
- ** De Markt is het huidige Simonsplein.
- *** De Kommesteeg liep van Terborgseweg naar de Oude IJssel, achterkant huidig Erfgoedcentrum.
- a* Badhuisstraat, 1 transactie met Varsseveldseweg 3-5, volgnummer 1941.
- Het stuk grond aan de Burgemeester Kehrerstraat. Die straat bevond zich toentertijd op een andere plek dan tegenwoordig, namelijk tussen Wilhelminastraat en Zuivelweg. In de Verkaufsbücher staat de straat in combinatie met de Burgemeester De Grootstraat. Die straat is opgeheven. Sinds 1953 heet deze straat Donker
Curtiuslaan. (zie plattegrond op pagina 46)
- W(ilhelmina) S(ophia) Stap-Tolk was de echtgenote van J(ohannes) A(dolf) H(endrik) Stap (sr). Makelaar en lid van de NSB.
- J(ohannes) B(ernardus) Kelderman was landelijk leider propaganda van de NSB (PK, Propaganda Kompanie).
- S(ally) Levy was veehandelaar uit Terborg (Mauthausen, 1941).
- S(ara) Themans-Wessel was de echtgenote van de in 1939 overleden journalist Isodore Themans. Zij werd gevangen gehouden, maar overleefde de oorlog.
- S(aartje) Mogendorff-de Jong (Bergen-Belsen, 12-1-'45) was de echtgenote van de (door een natuurlijke dood) in 1941 overleden Maurits Mogendorff, vader van J(ustus) Mogendorff, Henry en Maurits. Zij (Sobibor, 11-6-'43) en een deel van de familie werd vergast in Sobibor.
- J(uda Frank) was eigenaar van kledingwinkel fa. wed. Jacobs, Markt 3-5 (huidig Simonsplein) en de woningen op Markt 7 en Grutstraat 21. Hij werd vergast in Auschwitz op 27 november 1942.
- De twee panden van de Israëlitische gemeente betreffen de eerste, oude (Walstraat) en de nieuwe (Waterstraat) synagoge.
- In een aantal gevallen staat er achter de naam van een joodse eigenaar die aanvankelijk in Doetinchem woonde, een andere woonplaats. Op het moment van de transactie hadden zij -al dan niet gedwongen- Doetinchem verlaten.
- Acacialaan ongenummerd is, gelet op de omschrijving en de prijs, mogelijk een grondstuk.
- Rijksstraatweg ongenummerd, eigendom van Sally Levy, betrof een stuk grond.
- Daar waar achter een straatnaam de aanduiding ongenummerd staat, zou sprake kunnen zijn van eengrondstuk in plaats van een pand.