Rolf von Westernhagen



Waffen-SS'er, tankcommandant,
verloofde van Pineke Misset
en mededirecteur van
Uitgeversmaatschappij C. Misset


door Karel Berkhuysen
Rolf von Westernhagen (l) met zijn broers Harald en Heinz



Als Pineke Misset, de veertienjarige dochter van uitgeverijdirecteur Kees Misset , op een dag boodschappen doet in het Doetinchemse centrum, ontmoet ze een Duitse soldaat: de twintigjarige Rolf von Westernhagen, lid van de Waffen-SS. Hij is op 14 juli 1940 met zijn tankeenheid gearriveerd in Doetinchem, nadat die heeft deelgenomen aan de inval in Frankrijk. Hij is ondergebracht in de gymzaal naast de Rijkskweekschool in de Frielinkstraat, aan de noordzijde van de stad.


Pineke Misset met Trippeltje


Het blijft niet bij die ene ontmoeting: Rolf en Pineke raken verliefd. Na enige tijd bezoekt Rolf Pineke ook thuis, de indrukwekkende patriciërswoning in de Waterstraat. Het huis grenst, slecht gescheiden door een tuin, aan de bedrijfspanden van Misset. Rolf komt meestal via de zijstraat achterom, via een poortje in de muur rondom de tuin.
Hun relatie ontgaat veel Doetinchemmers niet. Dat geldt eveneens voor de diverse verhoudingen die Pinekes moeder Dinie Hakbijl heeft met Duitse militairen. Het betreft contacten die leiden tot menig feestje met de Duitsers in de woning en in het buitenverblijf De Kemnade. Echtgenoot Kees is daar niet bij. Hij lijdt zijn eigen leven en voelt zich veelal machteloos over de escapades van zijn vrouw. Hij kent depressieve periodes en drinkt meer dan goed voor hem is.
Rolf von Westernhagen is afkomstig van de adellijke familie Von Westernhagen. Het gezin waar hij deel van uitmaakt, behoort begin 1900 tot de welgestelde middenklasse van Riga, de hoofdstad van Letland. Zijn vader Max heeft er een tandartspraktijk.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog, in de winter van 1914-1915, krijgen alle Duitse inwoners van de Russen het bevel binnen drie dagen de stad te verlaten. Zo niet, dan wacht hun deportatie naar Siberië.
De familie Von Westernhagen laat alle bezittingen achter en vlucht via Finland naar Zweden. Daar blijven ze, in de hoop ooit terug te kunnen keren. In 1917, kort voor het uitbreken van de Russische revolutie, keert het gezin inderdaad terug naar hun huis in Riga. Daar willen ze hun leven weer opbouwen. Die droom blijkt echter van korte duur, want een jaar later, na het einde van de Eerste Wereldoorlog, worden volgens het Verdrag van Versailles de Baltische staten toegewezen aan de Sovjet-Unie.
In januari 1919 bezetten Bolsjewieken de Letse hoofdstad en beginnen met een vijf maanden durende terreur. Ze plunderen, verkrachten en vermoorden duizenden burgers. Daarna veroveren Baltische milities en leden van het Vrije Duitse Korps de stad, maar de familie Von Westernhagen vreest de terugkeer van de Bolsjewieken en verlaat in juli met drieduizend andere Duitsers de stad. Ze vluchten naar Duitsland. Daar wordt op 24 mei 1920 Rolf geboren. Hij groeit op in slechte omstandigheden als gevolg van de verloren oorlog en de herstelbetalingen die Duitsland aan Frankrijk en Groot-Brittannië dient te betalen, heerst er bittere armoede en is de werkloosheid groot. Rolfs vader slaagt er niet in om opnieuw een praktijk op te bouwen, zodat er amper geld is.
Als Hitler aan de macht komt, wordt Rolf ingedeeld bij een artillerieonderdeel van de Waffen-SS-divisie Das Reich.
Nadat de Tweede Wereldoorlog is uitgebroken, neemt Rolf deel aan de inval in Frankrijk. Zijn tankonderdeel rukt op tot aan de Spaanse grens. Daarna wordt zijn onderdeel verplaatst naar het noorden: naar Doetinchem.

Daarna is Rolf meestal aan het front. Als hij tijdens een verlofperiode in Doetinchem bij Pineke is, vraagt hij Kees Misset om een bijdrage van tienduizend Mark voor een SS-Kameradenhaus*.
Kees zorgt ervoor dat Rolf het geld contact mee kan nemen. Daarnaast benoemt hij hem als mededirecteur van zijn uitgeversmaatschappij. Hij betaalt zijn salaris alvast vooruit. Hij ziet de SS’er als zijn opvolger. En, als schoonzoon, want Pineke en Rolf verloven zich**.

Rolfs oudere broer Heinz is tankcommandant van een groot aantal Tiger-tanks. Rolf voert het commando over vier tanks. Beiden vechten samen in Koersk, Italië en tijdens de geallieerde invasie in Normandië. Daarna moeten ze zich met hun tanks steeds verder terugtrekken.
In de Ardennen beginnen de Duitsers echter op 15 december 1944 een groot offensief, onder meer in een poging de haven van Antwerpen te heroveren. Het wordt een bloedige strijd die aan beide zijden vele duizenden het leven kost. Ook Rolf en Heinz nemen daar met hun tanks van het 501 SS-tankbataljon aan deel. Tank 331 van Rolf moet echter na enige tijd de strijd staken vanwege een defect aan de stuurinrichting.
Pas na twee weken trekken de Duitsers uiteindelijk aan het kortste eind. Heinz weet te ontkomen en bereikt na een dagenlange voettocht Duitsland. Ook Rolf ontsnapt.


Een Tiger-tank


Vervolgens zijn beiden begin maart in Hongarije in de omgeving van het Balatonmeer tijdens Operatie Frühlingserwachen in gevecht met Amerikaanse troepen. Tijdens dat laatste Duitse wanhoopsoffensief wordt Heinz door een bomscherf in zijn hoofd dodelijk getroffen. Rolf wordt gevangen genomen. Samen met duizenden anderen wordt hij bewaakt. Een afrastering ontbreekt, zodat hij eenvoudig zou kunnen weglopen. Dat overweegt hij ook, vooral omdat hij bang is dat hij aan de Russen wordt overgedragen. Hij blijft echter, omdat een Amerikaanse officier de mannen heeft bezworen dat dat niet het geval zal zijn en ze overgebracht zullen worden naar de westerse zone.


Heinz von Westernhagen in Rome, tijdens het
bezoek van Hitler aan Mussolini


Dat gebeurt maar ten dele, want de Amerikanen en Sovjets hebben ook een afspraak gemaakt dat dat niet geldt voor SS’ers. Zij hebben immers in de Sovjet-Unie de grootste wandaden op hun geweten. ’s Nachts arriveren er vrachtwagens die de SS’ers naar treinen brengen. Daar worden Rolf en de overige SS’ers op dezelfde manier als de Joden in dichte wagons afgevoerd. Richting Sovjet-Unie.
Na een dagenlange barre treinreis in een veewagon door een verwoest landschap en zwartgeblakerde steden komt Rolf aan in een kamp bij Dnjepetrovsk in Oekraïne. In de wagon zijn velen door uitputting, ziekte of verwondingen gestorven.
Hij blijft niet lang in het kamp. Na enige tijd volgt een treinreis naar een kamp in de omgeving van de Oerol. Daarna wordt hij overgebracht naar een kamp in Siberië. Hij mag niet schrijven zodat zijn Doetinchemse verloofde Pineke Misset niet weet of hij nog in leven is.
Pineke zit in Doetinchem samen met haar moeder Dinie nog steeds gevangen wegens collaboratie. Daarnaast wordt beiden ten laste gelegd dat zij intieme relaties hebben onderhouden met Duitse militairen. Ze worden gedwongen om met andere opgepakte vrouwen dagelijks schoonmaak-werkzaamheden te verrichten in onder meer scholen. Na twee maanden*** worden ze vrijgelaten.
Rolf mag pas na een jaar in het kamp af en toe een brief schrijven: 25 woorden per keer. Geruime tijd later krijgt hij een brief van Pineke terug. Ze schrijft dat ze inmiddels is getrouwd met Jasper Surink en dat ze een zoon heeft gekregen. Wanhopig vraagt Rolf zich dan af waarom hij nu nog verder zou moeten leven.
Nadat West-Duitsland na een tien jaar durende geallieerde bezetting in mei 1955 een soeverein land is geworden, brengt de eerste Duitse bondskanselier Conrad Adenauer een bezoek aan Moskou. Hij wil de politieke betrekkingen met de Sovjet-Unie herstellen. Daarnaast onderhandelt hij over de vrijlating van de laatste tienduizend Duitse militairen.
De Russen gaan akkoord met de vrijlating. Op 14 januari 1956, ruim tien jaar na de oorlog, komen ze vrij. Een van hen is Rolf von Westernhagen.
Rolf vestigt zich in West-Duitsland. Na een moeilijke periode slaagt hij er in om ingenieur te worden. Daarna trouwt hij met de Duitse Ina Hackert met wie hij in Hamburg gaat wonen. Met Pineke heeft hij geen contact meer.
Pinekes man, Jasper Surink, heeft geprobeerd leiding te geven aan Uitgersmaatschappij Misset. Maar dat bleek al snel geen succes. Het paar heeft de aandelen verkocht en is verhuisd naar Lenzerheide in Zwitserland. Daar genieten ze met hun zoon Nick in hun fraaie villa tussen de bergen van de natuur en de rust. Totdat Jasper Surink midden jaren negentig overlijdt.
In Hamburg sterft in diezelfde periode ook de echtgenote van Rolf von Westernhagen.
Enige tijd later staat Pineke plotseling bij Rolf voor de deur. Na bijna zestig jaar blijkt hun liefde voor elkaar niet over. Op 15 mei 2000 trouwen ze en gaat Rolf bij Pineke in Lenzerheide wonen.
Van daaruit reizen ze geregeld naar de Achterhoek waar ze meestal in een hotel verblijven. Dan treft Pineke ook telkens haar jeugdvriendin, Erna Hermanns. Zij is getrouwd met de Brit Bill Cole, een voormalig militair die na de oorlog niet is teruggekeerd naar zijn vaderland. Dan blijkt dat Rolf en Bill zowel in Normandië als in de Ardennen tegenover elkaar hebben gestaan. Desalniettemin kunnen ze het goed met elkaar vinden.
In 2003 overlijdt Nick. Zijn urn wordt begraven in de tuin achter hun woning in Lenzerheide. Twee jaar later krijgt Pineke kanker. Na een ziekbed van anderhalf jaar overlijdt ze. Haar urn wordt naast die van Nick begraven bij een monumentje in hun tuin.
In 2016 overlijdt ook Rolf. Kort daarop wordt zijn as, samen met de as van Pineke en Nick, verstrooid op de berghelling achter hun huis.


* Een SS-Kameradenhaus was een tehuis waar SS’ers op verhaal konden komen na een periode aan het front..
** Nationaal Archief Den Haag, CABR, archief Misset.
*** Pineke en Dinie Misset werden op 31 mei 1945 vrijgelaten.